Zandaakjes werden voor twee doelen gebruikt: voor baggeren (“diepen”) en zandwinning (“delven”). Met een vergelijkbaar zandaakje is Adriaan Volker begonnen als baggeraar. Eerst moest hij het scheepje vol beugelen (met de hand bagger van de waterbodem opscheppen), daarna moest hij de bagger verderop weer overboord scheppen! Daarom kwam hij later op de uitvinding van de “onderlosser”.
Oorspronkelijk is dit aakje als zeilschip gebouwd. Toen zal er ook wel rivierzand op de Hollandse IJssel gebeugeld zijn om het als metselzand in Rotterdam te verkopen. De Coolsingel is van 1913-1922 gedempt met zand door zandaakjes aangevoerd!
De Samenwerking is van ongeveer 1930 tot 1975 door de gemeente Rotterdam gebruikt voor baggerwerk in de binnenwateren van de stad. “Ook al is het een baggerschip, je moet in het vooronder van de grond kunnen eten”, vond de oude schipper.
De mast is door het contragewicht gemakkelijk te strijken, zodat bruggen geen probleem zijn om op af te zeilen. Opmerkelijk detail is de “klapmuts”: de losse punt van de voorsteven. Deze kan naar voren worden geklapt om de kruiphoogte te verminderen voor zeer lage bruggen.
In 1975 hebben de huidige twee eigenaren het scheepje bij een scheepssloperij gevonden en gerestaureerd met behulp van gegevens van het Maritiem Museum in Rotterdam. Sinds 1980 is het weer een zeilend vrachtschip onder de toepasselijke naam Samenwerking.
Huidig vaargebied is van de kleinste binnenwateren tot en met de Waddenzee.