De Kaper is van origine een Friese zeilklipper en werd gebouwd in 1913-1914 op werf de Vlijt van de Gebr. wildschut te Gaastmeer (Friesland). Op 30 januari 1914 werd zij te water gelaten, ook wel ‘met goed gevolg van stapel geloopen’.

Als vrachtschip, destijds onder de naam de Onderneming, voer zij met haar eerste eigenaar en schipper Gerrit de Leeuw, gedomicilieerd te Heeg. Voor het vervoeren van o.a. grint, zand, rijst, aardappelen en turf. Klippers staan door hun bouw bekend als snelle schepen goed voor het vervoeren van etenswaar, maar zijn hierdoor qua laadvermogen minder efficiënt. Dit is bijvoorbeeld terug te zien aan het geveegde achterschip.
Concurreren met motorschepen
In 1930 kreeg de Onderneming een nieuwe eigenaar, achteraf een periode waar een tragedie achter schuilgaat. Dhr. Johannes Frederik Gijsen wonende in Sneek kocht de Onderneming en voer enkele jaren met haar.

Omwille van financiële redenen zocht Johannes Frederik een investeerder, dit zou in 1933 Albert Zwiers worden. Johannes Frederik zou nog velen jaren bij Albert Zwiers aan boord van de Onderneming varen. In deze periode merkte Johannes Frederik dat ze met hun zeilschip niet meer konden concurreren met de opkomende motorschepen. Deze zorgen deelde hij met investeerder Albert Zwiers.
Aan de ketting in Sneek
Helaas kwam het uiteindelijk zover dat de Onderneming lange tijd aan de ketting bij één van de bruggen van Sneek kwam te liggen. Johannes Frederik die daardoor gedwongen werd van boord te stappen kreeg een baan bij de gemeente als brugwachter in Sneek. Hij bevond zich op die manier nog veelal in de nabijheid van de Onderneming. Na jaren besloot Albert Zwiers het schip op te halen om te verbouwen tot motorklipper. Voor Johannes Frederik was dit moeilijk te verkroppen, zeker te meer omdat hij als brugwachter de brug zou moeten vrijmaken om zijn geliefde schip er doorheen te laten varen. Op de dag dat de Onderneming weer van de ketting werd gehaald en de brug zou passeren kwam het droevige bericht dat Johannes Frederik was gevonden in het brugwachtershuisje, hij bleek zichzelf van het leven te hebben beroofd.
Ombouw tot motorklipper
Omstreeks 1947 werd de Onderneming omgebouwd tot motorklipper, dit is tevens de huidige staat waarin zij momenteel in de Museumhaven van Amsterdam te zien is. In de jaren ’60, tijdens de koude oorlog, fungeerde de Kaper enkele jaren als munitie-opslagschip in opdracht van het Ministerie van Defensie Nederland met als ligbasis de Vecht te Hardenberg. In deze jaren ligt haar ruim vol met buskruit. Een drijvende bom aan de Vecht dus!

In 1964 werd de Onderneming verkocht aan de heer Egbert Bakker, gedomicilieerd te Rotterdam, die de naam van de Onderneming verandert in Hoop op Zegen. Samen met zijn vrouw bewoont hij de roef van het schip en vervoeren ze er vrachtladingen mee.
Na afschaffing van de schippersbeurs wordt de Kaper in 1998 uit de beroepsvaart gehaald en enkel nog voor bewoning gebruikt. In 2017 koopt de fam. van den Berg deze motorklipper en is zij van binnen volledig gerenoveerd en afgetimmerd voor bewoning. In de vakanties en weekenden wordt er nog volop gevaren met de Kaper, zo lag ze in de zomer van 2021 na meer dan 100 jaar weer in het plaatsje waar ze vandaan komt, Gaastmeer. De Kaper ligt de rest van het jaar op haar vaste ligplaats in de Museumhaven van Amsterdam.