Corona heeft de vloot van historische schepen ernstig in problemen gebracht. Maar structureel is er al meer aan de hand. De financiering van Varend Erfgoed blijkt al langer een groot probleem te zijn. Banken zijn huiverig om deze schepen te financieren. Voor overheden is het ook behoorlijk lastig om schepen te financieren. Er zijn wel mogelijkheden om de financiering van schepen structureel te verbeteren, maar het kost tijd dat te organiseren. Toekomstige scheepseigenaren zullen het moeten doen met hun creativiteit en vindingrijkheid. Er zijn wel enkele regelingen die nu misschien interessant zijn.
Al eerder werd gedacht aan een fonds dat financiering in Varend Erfgoed makkelijker kan maken. Een fonds met lagere rentes en langere aflossing periodes, specifiek voor dit soort schepen. De huidige Corona crisis heeft de urgentie daartoe nog eens vergroot. Op het BBZ symposium in maart van dit jaar is hiervoor een eerste idee geuit door Rob van Hilten van BMC Advies, dit op uitnodiging van de gemeente Harlingen en stichting REDDEVLOOT, een samenwerkingsverband van schippers en ondernemers in Harlingen.
Het initiatief voor het Fonds Varend Erfgoed krijgt langzaam vorm door de samenwerking van een groeiende groep partijen. De provincies Utrecht, Overijssel, Frieasland en Flevoland hebben zich opgesteld als financiers van de opdracht. BMC is opdrachtgever en wil onderzoeken welke eisen aan het fonds gesteld worden en gaat het bedrijfsplan Fonds Varend Erfgoed ontwikkelen.
Intussen is de website Fonds Varen Erfgoed opgezet waarin zoveel mogelijk financiële oplossingen zichtbaar worden gemaakt zodat schippers daar gebruik van kunnen maken; er zijn enkele regelingen die nu misschien voor individuele schippers interessant kunnen zijn. Daarnaast geeft de site een beeld van de ontwikkeling van het fonds en de personen en partijen die daarbij betrokken zijn.