In 1977 maakte de Italiaanse Architect Ugo La Pietra de film ‘La Riappropriazione della città’ (de hertoe-eigening van de stad). De film is een manifest voor het alternatief gebruik van de stedelijke omgeving. La Pietra opent met een close-up-shot waarin in hij zich staat te scheren. Wanneer de camera uitzoomt wordt er meer van de context zichtbaar en zien we het winkelend publiek achter hem en de spiegelende etalage langs lopen. Dit simpele gebaar laat duidelijk zien hoe vastomlijnd de verwachtingen van het publieke domein eigenlijk zijn. Een privé handeling als deze past niet binnen de publieke ruimte.
Met deze verwachtingen probeert Maurik Stomps (1989) te spelen. Door gebruik te maken van juist de zeer anonieme beeldtaal van het top-down ontworpen publiek domein –brievenbussen, fietsenrekken, transformatorkastjes– probeert Maurik de dagelijkse gang van zaken subtiel te ontregelen. Het zijn elementen die zich in de coulissen van de straat manifesteren. Elementen zó generiek en formeel, zó volgens onze verwachtingen dat niemand er echt naar kijkt. Dit biedt tegelijk ook de kans om via deze anonimiteit een stukje van de stad terug te claimen in het ‘gedeeld privé domein’.
Voor het Oosterdok maakte Maurik een interventie in de openbare ruimte naar het model van een iconisch elektriciteitskastje. Als ‘ruilkast’ voor voedsel, kleding, slaapzakken, boeken, briefjes of andere zaken die gebruikt kunnen worden om te overleven in het urbane klimaat, rebelleert dit kastje tegen haar verwachte functie. Het is een clandestiene en geheime toe-eigening van de openbare ruimte, die de kans biedt aan stedelingen om het naar eigen believen een functie te geven.